volgende
=>
Spelling in de lift - niveau 1 werkboek 2 blz. 19
Verander de middelste klank van het woord in een ui, eu, ie, oe of ij. Twee keer dezelfde klank.
riep
r
ij
p
de p
ijp
boek
de b
k
l
k
toen
de t
n
het p
n
ruik
de r
k
de d
k
rijk
r
k
d
k
heus
het h
s
de b
s
keus
k
s
n
s
dijk
het d
k
het b
k
riem
r
m
l
m
duif
de d
f
hij is l
f
rijp
ik r
p
het sn
p
rijm
r
m
de pr
m
Welke twee woorden rijmen? Kies twee (andere) woorden om in te vullen.
pijn - tuin - puin
tuin
puin
1. er ligt
puin
in de
tuin
.
duik - beuk - buik
2. als ik
val ik plat op mijn
.
leuk - jeuk - lijk
3.
is niet
.
boek - buik - hoek
4. het
ligt op mijn
.
hoef - lief - boef
5. de
is toch wel
.
boer - bier - hier
6. de
wil een glas
.
liep - rijp - pijp
7. de man
weg met zijn
.
kuit - roet - ruit
8. er zit
op de
.
Invullen maar. Kijk goed, want het woord gaat weg als je begint.
de
de
de
de
de
de
de
ik
de
de
de
de
ik
de
de
de
de
de
de
de
controleer
Hint
OK
volgende
=>