Spelling in beeld - groep 4 week 1

  
Spelling in beeldSpelling in beeld

Voorbeeld: de tr❤n = de trein.
de tr❤nde
het pl❤n het
het ❤ het
kl❤n
het m❤sje het
de kl❤ de
de r❤s de
de dw❤l de

Schrijf de woorden twee keer.
de vaasde de
de bootde de
de doosde de
ik eetik ik
de muurde de
de jasde de
ik magik ik
het nethet het
ik wilik ik
het hokhet het
de brugde de