Spelling - groep 6 nummer 610

  
..Spelling..

Vul de juiste vorm in.
beantwoord - beantwoordt De juf alle vragen...
braad - braadt De kok het vlees.
leid - leidt jij de vergadering of Manfred?
verbreed - verbreedt De gemeente het fietspad.
vergoed - vergoedt De werkgever de reiskosten.
bloed - bloedt Mijn vinger behoorlijk.
vind - vindt Ik het een goed plan.
red - redt Een agent het kind uit de gezonken auto.


Schrijf het woord op.
vegetar....de spe..ialiteitde
techn.. so..iaal
biolog.. d..ember
Russ.. spe..iaal
exot.. ..entraal


Maak de rijen af.
.. .. ..
de glijbaan de glijbanen het glijbaantje
de eend de het ..
het deksel de het
het toilet de het
de krab de het
de krakeling de het