Spelling - groep 6 nummer 117

  
..Spelling..
Schrijf het rijmwoord op.
het sneeuwt - hij schreeuwt - hij g.. hij ..
wij mengen - wij verlengen - wij b..wij
hij snurkt - hij ontkurkt - hij h.. hij
de wacht - de nacht - de overdracht - de op.. de
eronderdoor - tussendoor - ervandoor - re..
jonger - h..
overnieuw - de kieuw - gloednieuw - op..
erbij - nabij - dichterbij - di..


Schrijf de woorden over.
flauw flauw de plannen de de planken de
blauwe de dweilen de de smeerkaas de
rechtsaf zij stoeienzij zij knoeien zij
kleuren de kleurdoos de de linkerkant de
linksaf jij schrobt jij wij schrobben wij