volgende
=>
Spelling - groep 5 nummer 815
Vul het woord in.
= ch - c - k
het woorddi
tee
het
de
aos
de
de
ode
de
ompleet
het
ompliment
het
de
larinet
de
de
oel
el
de
de
o
oladepasta
de
het
ijferslot
het
de
apitein
de
Welke
voorzetsels
passen erbij?
onder - met - tegenover - op - vanaf - zonder - over - uit - in
de taart
kaarsjes
de plank
het water
de kat
de tafel
de taart
kaarsjes
de plank
het water
de kat
de tafel.
Zoek de
persoonsvorm
en het
onderwerp
.
Verander in je hoofd de zin in een vraagzin. Welk woord staat vooraan?
persoonsvorm
onderwerp
Mijn vader leest iedere dag de krant.
leest
Maakt jouw zusje haar huiswerk altijd 's middags of 's avonds?
Tijdens de onweersbui schrok Jochem van de enorme knal.
Mijn vader veranderde mijn kamer.
Carla fietste snel naar huis.
controleer
Hint
OK
volgende
=>