Spelling - groep 5 nummer 516

  
Spelling..

Schrijf de verleden tijd op.
wist - hield - vergat - viel - vonden - zwommen - trokken - lieten
hij vergeet hij .. wij trekken wij
hij houdthij wij latenwij
hij valt hij wij vinden wij
hij weet hij wij zwemmen wij

Schrijf het woord op.
.. .. .. ..
de twee het de
.. .. .. ..
de de


Maak de rijen af.
werkwoord hele werkwoord
Opa maait het gras heel kort. maait maaien
Tina zwaait naar haar vriendinnen.
Naomi roeit soepel naar de overkant.
De luchtbed drijft langzaam met de wind mee weg.
Mijn zus kiest een leuk boek uit.
De timmerman schaaft de deur glad.