volgende
=>
Spelling - groep 5 nummer 212
Schrijf het
grondwoord
en het
verkleinwoord
op.
Een grote
meeuw
en een klein
meeuwtje
Een grote
en een klein
.
Een grote
en een klein
.
Een groot
en een klein
.
Een grote
en een klein
.
Een groot
gebouw
en een klein
.
Een grote
en een klein
Een grote
en een klein
Een grote
en een klein
Een grote
en een klein
Maak de rijen af.
wij bedanken
hij
bedankt
wij wijzen
hij
wij zuchten
hij
wij klauteren
hij
wij winkelen
hij
wij blazen
hij
wij kiezen
hij
wij verhuizen
hij
wij reizen
hij
wij verplichten
ik
Schrijf de woorden over.
bladeren
de
kauwen
wij
boutje
het
hersenen
de
klauter
ik
gebouw
het
oefenen
wij
pauze
de
oerwoud
het
luieren
wij
pauk
de
brouwen
zij
controleer
Hint
OK
volgende
=>