Zonder giftige bestrijdingsmiddelen gekweekt.

Met zo weinig mogelijk verbruik van grondstoffen, brandstof en energie.

Alles wat nodig is om een product te maken.

Plaatselijk, uit de buurt of streek.

Het salaris, geld dat je krijgt voor je werk.

Landbouwproducten van het land halen als ze rijp zijn.

Iemand die een product maakt.

Pap die overblijft na het koken of persen van fruit en groenten.

Soort bij soort doen. Bv. eieren op grootte . Of kralen op kleur .

Verbouwen, laten groeien.

Door een zeef laten lopen: een voorwerp dat vloeistof en zand doorlaat en de grotere stukjes tegenhoudt.

biologisch

duurzaam

(het) ingrediënt

lokaal

(het) loon

oogsten

(de) producent

(de) pulp

sorteren

telen

raspen